Onderwijs- en Innovatieplein

Stappenplan beroepsproduct

Gebruik onderstaand stappenplan bij het ontwerpen van de toetsvorm beroepsproduct.

1. Het ontwerpen van het beroepsproduct

  • Stel de leeruitkomsten/leerdoelen en gedrags-/handelingsindicatoren voor de onderwijseenheid vast. Deze moeten passen bij de leeruitkomsten op programmaniveau. Zie hiervoor de informatie over “het onderwijsontwerp“.
  • Bepaal welke beroepstaak de student moet kunnen uitvoeren die past bij deze leerdoelen en welk beroepsproduct hierbij hoort.
  • Formuleer vanuit het beroepenveld (bijv. uit naam van een (fictieve) opdrachtgever) een authentieke opdracht, aansluitend op de leeruitkomsten en passend bij het opleidingsniveau (artikel Zelcom of zie pagina Terminologie).
  • Welke tussenproducten zijn nodig om het eindproduct op te kunnen leveren?
  • Formuleer hierbij ook de gedrags/handelingsindicatoren.
  • Breng in kaart: wat moet de student aan kennis/vaardigheden verwerven/oefenen om te komen tot het beroepsproduct?
  • Check: is wat je hier beoogt haalbaar in het aantal ECT’s en de opleidingsfase?
    • Moet er iets weg uit je opdracht?
    • Geef je een bepaald stuk aan de student (bijvoorbeeld: je wilt dat ze aantonen een ontwerp te kunnen maken, hiervoor is ook een analyse nodig van de omgeving, echter dit is niet haalbaar in de tijd, je kunt dan de analyse geven aan de student, zodat deze wel de analysefase leert doorgronden, maar niet zelf uit hoeft te voeren)

2. Schrijf het beroepsproduct uit

  • Omschrijf in duidelijke taal en structuur wat er verwacht wordt van de student, zowel in de opdrachtomschrijving, eisen, criteria, als welke tussenproducten wanneer ingeleverd moeten worden (t.b.v. feedback) Deze structuur vormt de basis voor de onderwijseenheid.
  • Beschrijf de criteria waaraan het product moet voldoen. Deze criteria beschrijven concreet waar het product, de prestatie aan moet voldoen. Maak een duidelijke omschrijving (bijv in rubric) van de criteria (op basis van kennis, vaardigheden en houding) en complexiteit, passend bij de opleidingsfase en de leeruitkomst(en). Zorg dat ook duidelijk is welke onderdelen minimaal onderdeel zijn van het beroepsproduct.
  • Zorg dat een tweede beoordelaar het exact hetzelfde moet kunnen beoordelen.

3. Leertechnologie

  • Kies (met het oog op blended learning) welke leertechnologie op welk moment ondersteunend/versterkend is (bijv. digitale instructie, voorbeelden, feedback, beoordeling, presenteren, inleveren). Kijk hierbij niet alleen naar het product dat de student moet inleveren, maar ook welke kennis en vaardigheden hij hiervoor moet aanleren.
  • Zorg dat de studenten en docenten vertrouwd zijn met deze technologische versterkingen.
Gepubliceerd door  Programma Blended Learning 25 juni 2024