Onderwijs- en Innovatieplein

Hoe kies ik de juiste toetsvorm?

De leeruitkomsten vormen het uitgangspunt voor de toetsvorm van de onderwijseenheid. Leeruitkomsten bevatten een inhoudscomponent (de vakinhoud) en een niveau-aanduiding van denken en handelen. De inhoud en het niveau van de leeruitkomsten bepalen de keuze voor de toetsvorm. Ook zijn de leeruitkomsten bepalend bij het kiezen van leer- en onderwijsactiviteiten.

Het gaat erom dat leeruitkomsten, de leer- en onderwijsactiviteiten en de toetsactiviteiten op constructieve wijze verbonden zijn.

Welke toets past bij welk leerdoel?

Er zijn veel verschillende toetsvormen. We onderscheiden er hier 15, met vermelding van andere benamingen. Bepaal welke toets past aan de hand van leerdoel, op basis van inhoud, niveau en context. Heb je een toetsvorm gekozen kijk dan bij ‘5 toetsvormen’ hoe je deze ontwerpt.

Keuze toetsvorm en toetsprogramma

Een toetsprogramma is het overzicht van alle toetsmomenten binnen een opleidingsprogramma, met onder andere de vermelding welke toetsvormen de opleiding gebruikt. De keuze van de toetsvormen hangt af van het onderwijsconcept van de opleiding en de visie op toetsing. Dit legt elke opleiding vast in een toetsplan.

Een kwalitatief goed toetsprogramma heeft een gebalanceerde mix van toetsvormen die alle eindkwalificaties afdekken. De keuze van de toetsvorm voor een onderwijseenheid moet daarom passen bij de keuze die het opleidingsteam heeft gemaakt ten aanzien van de te hanteren toetsvormen, in de verschillende fases van de opleiding. De opleidingsmanager is eindverantwoordelijk voor het toetsprogramma van een opleiding.

Summatief en formatief

Eenzelfde toets kan op twee manieren worden ingezet: summatief en formatief.

Summatieve toetsen beoordelen of de student de leerdoelen in voldoende mate beheerst. Deze toetsen zijn gerelateerd aan het eindniveau en de eindkwalificaties van de opleiding. Ze hebben een formele status en zijn opgenomen in de Onderwijs- en examenregeling (OER) van de opleiding.

Formatieve toetsen geven de student inzicht in zijn leerproces en geven de docent inzicht in de onderwerpen waar studenten moeite mee hebben. Formatieve toetsen vinden meerdere keren tijdens de onderwijsperiode plaats. Een belangrijk onderdeel van formatieve toetsing is het geven van gerichte en directe feedback. Dit draagt bij aan inzicht en stelt studenten in staat om hun studiegedrag tijdig aan te passen. Voorbeelden van formatieve toetsing zijn diagnostische toeten, voortgangstoetsen en instaptoetsen. Deze toetsen spelen een belangrijke rol in het verhogen van de leeropbrengst van de studenten. Uit onderzoek blijkt dat regelmatige, tijdige en passende feedback één van de meest bepalende factoren is voor studiesucces.

Een uitgebalanceerd toetsprogramma met een doordachte combinatie van summatieve en formatieve toetsing draagt bij aan het studiesucces en leidt tot een hogere leeropbrengst voor de student.

Ook vooraf, tijdens of na de les kan je kleine formatieve handelingen uitvoeren. Dit geeft jou als docent en de student inzicht in hoeverre de studenten de voorbereiding of de les zelf begrepen hebben.

Actieve rol studenten

Studenten betrekken bij toetsing is een krachtig middel om het activeren van de student te versterken. Studenten ervaren meer eigenaarschap, het werkt positief op de motivatie en ze nemen meer verantwoordelijkheid voor hun leerresultaten. In de afbeelding kan je manieren vinden om studenten te betrekken bij de verschillende onderdelen van de toetsing.

Gepubliceerd door  Programma Blended Learning 25 juli 2024