NATIONAAL DECANENSYMPOSIUM UVA-HVA

Vraag. Verras. Verbind.

Het 31e Nationaal Decanensymposium UvA-HvA vond donderdag 17 september 2020 online plaats. Meer dan 430 schooldecanen namen live deel aan het online Decanensymposium. Het thema dit jaar was Vraag. Verras. Verbind. Hoe begeleid je studiekiezers in hun studiekeuze in deze periode waarin veel studiekeuzeactiviteiten online zijn? Met praktische filosofie en perspectivistische lenigheid ontwikkel je samen met de leerling nieuwe inzichten!

TERUGKIJKEN

Het Nationaal Decanensymposium UvA-HvA ‘Vraag. Verras. Verbind.’ geeft je allerlei handvatten en tips om je leerling/student te helpen ontdekken wie hij/zij nu is en waar hij/zij nu voor staat. Tegelijkertijd laat het je zien hoe je leerlingen/studenten leert dit blijvend te kunnen onderzoeken bij zichzelf. Bekijk hieronder het Decanensymposium 2020.

Accepteer de marketingcookies om deze video te zien

Welkom op het decanensymposium 2020

EEN PLEIDOOI VOOR ZUIVER LUISTEREN

Veel leerlingen en studenten zullen zich dit jaar grotendeels online moeten voorbereiden op hun studiekeuze. Hoe begeleid je hen daar als decaan of studieloopbaanbegeleider het beste bij? Wat kun jij doen om jouw leerlingen een stap verder te brengen? Hoe ga je het gesprek aan? Tijdens de 31e editie van het Nationaal Decanensymposium UvA-HvA op donderdag 17 september, met als thema Vraag, verras, verbind, stond deze vraag centraal.

Het symposium vond niet als vanouds plaats in de Aula van de UvA op het Spui, maar was online te volgen via Zoom. Na een korte introductie door dagvoorzitter Japke Ebbinge (verbonden aan de HvA als docent en loopbaanbegeleider) sprak Geert ten Dam (Voorzitter CvB UvA) de deelnemers toe vanuit een lege aula. In deze periode waarin veel studiekeuzeactiviteiten online zijn wordt het werk van decanen en het loopbaangesprek steeds belangrijker, zo stelde zij. Van belang is dat we zelf de juiste vragen stellen en leerlingen stimuleren om zélf de juiste vragen te stellen.

PRAKTISCHE FILOSOFIE

Elke Wiss (filosoof en auteur ‘Socrates op sneakers’) vervolgt het programma en neemt ons mee in de wereld van de praktische filosofie. Technologie heeft op veel vlakken een hoop overgenomen van de mens, en juist daarom is het nu belangrijker dan ooit dat we ons menselijke vermogen om te denken en goede vragen te stellen optimaal benutten. Door praktische filosofie toe te passen in gesprekken met leerlingen zorg je ervoor dat je vragen stelt die hen écht verder brengen, en voorkom je dat je ongevraagd advies geeft. Hoe doe je dat dan? Hoe stel je werkelijk open en verdiepende vragen?

Luister hier naar de podcast: de loopbaancoach, gemaakt door Elke Wiss

Perspectivistische lenigheid

Filosofie is niet hetzelfde als je buigen over de grote vragen in het leven onder het genot van een goed glas wijn, vertelt Elke. Wel is het een doorlopende en gezamenlijke zoektocht naar wijsheid. Het gaat er in de praktische filosofie om dat je een kwestie vanuit meerdere perspectieven onderzoekt zonder een standpunt of mening als gegeven over te nemen. Zo ontwikkel je perspectivistische lenigheid: het vermogen om zonder aannames vragen te stellen, je in zaken te verdiepen en verschillende manieren om naar iets te kijken te kunnen bestuderen. Perspectivistische lenigheid is geen einddoel of middel, maar een vaardigheid die je veel kan brengen in dialoog. De volgende drie vaardigheden uit de praktische filosofie kunnen jou helpen deze lenigheid te ontwikkelen en samen met de leerling tot nieuwe inzichten te komen.

1. Zuiver luisteren

Er zijn twee manieren waarop je naar iemand kunt luisteren. Mensen zijn van nature geneigd om naar anderen te luisteren vanuit het eigen perspectief. Dit noemt Elke ‘Wat-vind-IK-ervan-luisteren’. Bij deze vorm van luisteren vlieg je een gesprek aan vanuit je eigen ervaring, ben je geneigd (goedbedoeld) advies te geven en/of wil je het probleem van de ander gelijk oplossen. In coachende gespreksvoering loont het juist meer om over te schakelen naar ‘Wat-bedoel-je-precies-luisteren’. Door open vragen te stellen kom je meer te weten over de beweegredenen, emoties en gedachten van je gesprekspartner, en laat je hem de eigen vraag zelfstandig uitdiepen. Je luisterintentie verandert van het spiegelen van jezelf aan de ander naar luisteren vanuit nieuwsgierigheid naar de beleving en gevoelens van de ander.

2. Oordelen:

Een veel voorkomende misvatting onder mensen is de uitspraak ‘Je mag niet oordelen’, vertelt Elke. Niet oordelen kan niet, en oordelen maakt ons juist mens. Oordelen zijn vaak het resultaat van een afweging en we hebben deze afwegingen nodig om tot goede besluiten te komen. Ook de uitspaak ‘Stel je oordeel uit’ hoeft niet als waarheid te worden overgenomen. Wat wel belangrijk is, legt Elke uit, is dat we onze oordelen volledig in het licht durven zetten, ze kritisch te bevragen en onderzoeken en weer los te durven laten. Kinderen zijn daar beter in dan wij, en zijn er vaak zelfs trots op als ze op basis van nieuwe kennis van mening veranderen. Wat van belang is in een gesprek is dat je oordelen uitspreekt en samen met de leerling onderzoekt. Zo kom je tot verrassende conclusies.

3. De vraag als steentje in je broekzak:

Mensen die een vraag bij een ander neerleggen willen vaak een direct en eeuwig geldend antwoord. De vraag is zo slechts het gereedschap waarmee je een einddoel, het antwoord, creëert. Maar wat gebeurt er als je niet het antwoord, maar de vraag het doel van je gesprek laat zijn? Probeer de vraag samen met de leerling zo precies mogelijk te formuleren. Wat wil de leerling écht weten?

Vaak zijn die vragen groter dan ‘Welke studie moet ik kiezen?’. Voorbeelden van de grote vragen die iedereen zich weleens stelt zijn bijvoorbeeld:

  • Ben ik wat ik doe?
  • Wat is kiezen?
  • Wanneer is iets af?

Het is onwaarschijnlijk dat je tijdens het gesprek samen achter het antwoord op zo’n vraag zult komen, en dat hoeft ook helemaal niet. Door een vraag een tijdje te parkeren, hem als het ware ‘in je broekzak’ mee te nemen, kom je vaak tot weloverwogen inzichten. Schrijf de vraag eens op een briefje en check af en toe bij die vraag in. Het antwoord kan situatieafhankelijk steeds een beetje verschillen, maar als je af en toe incheckt kan je uiteindelijk beter een antwoord vormen.

Probeer het gesprek eens af te sluiten door het stellen van die ene vraag en de leerling uit te dagen er iets mee te doen. En kijk dan tijdens het volgende gesprek wat er is gebeurd.

  • Hoe kom je door perspectivistische lenigheid toe te passen tot een 'besluit/keuze' om verder te kunnen? --> Perspectivistische lenigheid is niet een middel, maar het doel zelf. Door perspectieven te verkennen ontdek je in het proces wat een gezamenlijk perspectief is. Durf het lef te hebben om het proces aan te gaan. En durf te vertragen! Denk niet ‘We hebben maar 10 minuten, dus we moeten snel deze punten afwerken’, maar neem de tijd ook al denk je dat je die niet hebt. Vraag jezelf af of het wel zo belangrijk is dat je alle agendapunten aftikt. Snelheid is niet per se beter.
  • Wanneer en hoe zeg je tegen iemand dat hij niet luistert en meteen een oordeel heeft? --> De radicale weg is om direct te zeggen “Je luistert niet. Ik zei...”. Minder radicaal is om vragen terug te leggen: “Hoe kom je tot die conclusie?” You can lead a horse to water but you cannot make it drink.
  • Zijn vragen die starten met waarom wel zinvol? --> Natuurlijk zijn die zinvol! Vanuit filosofisch oogpunt is ‘waarom’ misschien wel de belangrijkste vraag. Waarom heeft helaas een negatieve lading gekregen, doordat de vraag vaak is beladen met een oordeel. Je hoeft een waarom-vraag niet per definitie om te vormen tot een ‘wat’ of ‘hoe’, als je de vraag maar niet misbruikt door voor te sorteren op een oordeel. De waarom-vraag is dan heel geschikt om te komen tot verdieping en/of de essentie van een vraagstuk.
  • Hoe ga je om met de verwachting van leerlingen en ouders als je besluit het gesprek te vertragen? --> Bevraag dan de verwachting die zij hebben: waarom wil je nu een antwoord? Wil je een snel of doordacht antwoord? Als het niet snel genoeg gaat, leer de ander dan om te gaan met de frustratie die dat oplevert door diegene te wijzen op het resultaat op de lange termijn dat je samen nastreeft. Daar zit een frictie waar je als decaan mee om moet leren gaan: het schoolsysteem, de ouders en het kind sturen regelmatig op snel resultaat, terwijl je als decaan streeft naar duurzaam resultaat.
  • Is praktische filosofie toepasbaar voor elke leeftijd? --> Zeker! Je moet je alleen wel aanpassen aan de belevingswereld van de groep waar je mee te maken hebt. Bij jongeren werkt het vaak om vragen te stellen over het tegenovergestelde perspectief. Zoals: Hoe weet je dat zo zeker/welke argumenten heb je daarvoor/wat zou iemand kunnen zeggen die het niet met je eens is? Ook vragen die verwijzen naar een categorisering werken vaak goed. Bijvoorbeeld: Maak eens een top-3 van de grootse belemmeringen waar je tegenaan loopt? Wat is volgens jou de belangrijkste reden dat het niet lukt? Iedereen kan filosoferen, op eigen niveau!

Filosofische vragen om een goed gesprek te starten, boekpreviews, checklists, extra tips? Ga naar https://www.denksmederij.nl/socrates-op-sneakers-extras.html

Gepubliceerd door  Afdeling Communicatie 19 juli 2022