“Bijna al het hout verdwijnt nu nog in de verbrandingsoven.”
Hoe hergebruik je duizenden kilo’s hout uit woningen?
Bij de HvA werken we samen met organisaties en bedrijven aan de grote maatschappelijke onderwerpen van nu en morgen: duurzaamheid, digitalisering en diversiteit. Dat klinkt mooi en dat is ook mooi. Maar wat betekent dat nu heel concreet?
Bij de renovatie of sloop van woningen komen jaarlijks vele duizenden kilo's hout vrij. Slechts een fractie daarvan wordt hergebruikt. Het project Circular Wood for the Neighbourhood laat zien dat het ook anders kan.
Invulling geven aan de circulaire economie
Woningcorporaties hebben zich verbonden met de ambities van het rijksbrede programma Circulaire Economie. Maar hoe geef je daar vervolgens invulling aan? Een van de manieren is het hoogwaardig hergebruiken van materialen. Bij het verbouwen en slopen van huizen komt namelijk veel restmateriaal vrij.
Een voortrekker in de energieomslag
Samen met Ymere en Rochdale, twee Amsterdamse woningcorporaties kijkt de Digital Production Research Group, onderdeel van het Centre of Expertise Urban Technology wat er allemaal gemaakt kan worden van hout dat overblijft bij het renoveren van woningen.
Tony Schoen is de projectmanager van ‘Circular Wood for the Neighbourhood’ (CW4N) zoals het project heet. Daarin kijken onderzoekers van het Centre of Expertise samen met onder meer Ymere en Rochdale hoe het hout dat bij renovaties beschikbaar komt, een nieuw leven kan krijgen.
“Wij zijn een maatschappelijk verantwoord bedrijf,” vertelt Joery Jordanov die namens Ymere bij CW4N betrokken is uit. “Wij willen minder afval produceren en waardevolle materialen zo veel mogelijk hergebruiken. Bovendien willen we een voortrekker zijn in de energieomslag. Dit idee past daar heel goed in.”
Producten met meerwaarde voor de huurders
“De circulaire economie is voor woningcorporaties een relevant onderwerp,” legt Schoen uit. Woningcorporaties zien nu dat ze in feite twee keer betalen: een keer voor het hout waarmee ze woningen bouwen, en een tweede keer voor het weghalen en tot afval verwerken van het hout. “Voor hen kan dit project kennis opleveren over wat je van dat hout zou kunnen maken, in plaats van het onnodig te verbranden. Het liefst maken we producten met meerwaarde voor de huurders. Producten die er mooi uit zien, maar die ook een sociale waarde kunnen hebben en het gesprek over circulariteit op gang kunnen helpen.”
De circulaire economie is voor woningcorporaties een relevant onderwerp
Dat beaamt Jordanov. “Op dit moment gaat ons hout voornamelijk naar de verbrandingsoven. Dat betekent dat het eenmalig energie oplevert.”
Het leuke van het onderzoek vindt Jordanov die zelf ooit op de HvA studeerde dat er nu ontdekt kan gaan worden wat er met de restproducten van Ymere nog meer gedaan kan worden. “Dit project helpt mij ook om binnen de woningcorporatie meer bewustwording te creëren over hoe we om gaan met onze materialen.”
En wat levert het de HvA op? In de Robot Studio in de kelder van de Leeuwenburg werken studenten samen met onderzoekers van de Digital Production Research Group aan nieuwe toepassingen voor de industriële robots. Ook Semih Aydin werkt met een van de robots. Hij is derdejaars student Engineering aan de HvA en stagiair in de Robot Studio. “Ik heb in mijn studie al veel gewerkt met de robotarm, dus het is niet nieuw voor me. In mijn stage doe ik nu onderzoekservaring op, dat valt goed samen met wat ik in mijn studie al heb geleerd.”
Metaalresten uit hout verwijderen met een robotarm
In de Robot Studio werkt Aydin onder meer aan het onderzoek naar herbestemmen van gebruikt hout. Het hout dat Ymere en Rochdale oogsten bij de renovatie van hun huizen is niet direct te gebruiken. Overal zitten nog metaalresten, van oude schroeven en spijkers. “Je wilt eigenlijk die metaalresten opsporen en verwijderen zonder dat er te veel hout verloren gaat,” legt Aydin uit. De robotarm wordt gebruikt om metaalresten te lokaliseren, te visualiseren in een digitale omgeving en zo nodig te verwijderen.
Aydin wil het detectiesysteem zo automatiseren dat hij per houten deur of kozijn kan markeren waar precies de metaalresten zich bevinden. “Het metaaltype, de positie, dat is allemaal informatie die je wilt weten om op basis daarvan heel precies het hout te kunnen bewerken.”
Ook Jordanov komt wel eens een kijkje nemen in de Robot Studio. Als partners in het project leveren Ymere en Rochdale kennis aan, maar ze kijken ook mee om waar nodig input te leveren voor het onderzoek. “Ik heb zelf een technische achtergrond dus ik vind het superinteressant om te zien hoe je door middel van algoritmes die robot kan laten werken. Het is bovendien heel tof om met studenten samen de gedachtegang van restproduct naar nieuw product te volgen.”
Want waardevolle producten maken is waar het in CW4N om te doen is. Als al het hout helemaal ‘schoon’ is, kunnen Tony Schoen en zijn collega’s in de studio aan de slag. Ze hebben verschillende bestemmingen bedacht voor het resthout, zoals tafeltjes voor de huurders en speeltoestellen voor de buurt.
Onderzoek naar mogelijke business case
In het project CW4N wordt zo op kleine schaal gekeken wat er mogelijk is met het hout van woningcorporaties dat anders naar de afvalverbranding zou worden gebracht. “We zijn natuurlijk geen houtfabriek, dus het gaat om kleine hoeveelheden,” legt Schoen uit. Toch wordt er wel gekeken naar een mogelijke business case.
We zijn natuurlijk geen houtfabriek, dus het gaat om kleine hoeveelheden
Voor Ymere is het vooral belangrijk dat het eindproduct een maatschappelijk doel dient. Jordanov: “We willen eigenlijk dat het een eye-opener is voor onze huurders. Juist doordat we als verhuurder fysieke toepassingen ontwikkelen kunnen we bijdragen aan bewustwording van hoe zowel huurders als verhuurders omgaan met materialen. Dat is belangrijk voor studenten als toekomstig professionals, voor ons als woningcorporatie en voor onze huurders.”
Jordanov heeft er dan ook het volste vertrouwen in dat de resultaten van CW4N gaan bijdragen aan de ambities die Ymere heeft op het gebied van duurzaamheid, en dat het anderen kan inspireren anders te kijken naar het afval dat vrijkomt bij renovaties. “Zolang we met de uitkomsten laten zien dat we als corporatie de stap hebben gezet om op een andere manier materialen te oogsten en her te gebruiken, is dit project geslaagd.”
Ik zou het heel tof vinden om iets te ontwikkelen op het gebied van drones
Voor Semih Aydin op zijn beurt is de stage in de Robot Studio geslaagd als het hem een opstap biedt naar een verdere carrière in ”smart industry”. De lessen van het werken met de digitale productiemethoden helpen hem hopelijk in zijn plannen om straks zelf een product te ontwerpen wat ook echt gebruikt kan gaan worden. “Ik zou het heel tof vinden om iets te ontwikkelen op het gebied van drones of geautomatiseerde auto’s.”