TEAMS biedt studenten onderzoekservaring en data-inzicht
19 feb 2024 14:16 | Urban VitalityAls student een bijdrage leveren aan grootschalig, wetenschappelijk onderzoek. Wat levert je dat op? Slechts studiepunten? Of meer? Binnen het TEAMS-onderzoek – onderdeel van het lectoraat Voeding en Beweging van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) – werd de afgelopen 4 jaar onderzoek gedaan naar de ideale trainingsbelasting en eiwitinname voor kwetsbare senioren (65+). Studenten Tim Beentjes (26) en Maira Gill (32) schreven hun afstudeerscriptie naar aanleiding van hun bijdrage binnen dit onderzoek. Wat leerden zij? En welke waardevolle inzichten en lessen nemen ze mee?
Tim Beentjes startte aan de HvA met de opleiding Sport Studies, maar switchte na verloop van tijd naar Fysiotherapie. ‘Ik ben graag actief’, vertelt hij. ‘Ik speel bijvoorbeeld rugby op hoog niveau. Momenteel ben ik helaas geblesseerd. Door mijn vele bezoeken aan fysiotherapeuten ontstond mijn interesse in het vak.’ Medestudent Maira Gill maakte een carrièreswitch. ‘Ik werkte eerder als verpleegkundige, maar was op zoek naar een nieuwe uitdaging. Die vond ik in de opleiding Fysiotherapie.’
Voeding en beweging
In het kader van hun afstudeertraject werkten Beentjes en Gill van september 2023 tot begin 2024 mee aan het TEAMS-onderzoek. Beentjes: ‘Ik ben enorm geïnteresseerd in het effect van voeding op sportieve prestaties. Daarom volgde ik eerder al een minor Sportvoeding. Het TEAMS-onderzoek onderzoek sloot mooi aan bij deze interesse.’ Ook Gill is geboeid door de combinatie van voeding en beweging. ‘Daarnaast was dit voor mij een ‘testcase’ om te onderzoeken wat ik ervan vind om met kwetsbare ouderen te werken.’
Beentjes: ‘Vanuit onze gedeelde interesse voor echografie besloten Maira en ik ons te richten op één van de onderzoeksvragen van docent-onderzoeker Mohammed Benali: Wat is de relatie tussen de grootte van de rectus femoris en de vastus lateralis - 2 van de 4 spieren waaruit de grote bovenbeenspier (de quadriceps) bestaat - op het fysiek functioneren van kwetsbare ouderen? En kun je echografie inzetten bij het bepalen van de fysieke belastbaarheid van kwetsbare ouderen?’
Toename in kracht
‘De rectus femoris en de vastus lateralis worden bijvoorbeeld gebruikt om te lopen of om op te staan vanuit een stoel’, vervolgt Gill. ‘Wij onderzochten wat krachttraining doet met deze spieren en of dit invloed heeft op het fysiek functioneren van kwetsbare ouderen. Bij de krachttrainingen, die we de ouderen 12 weken lang aanboden, zagen we de ouderen sterker worden. Zelf merkten zij dit ook. Een dame vertelde me bijvoorbeeld dat de lift in haar appartementencomplex op een dag kapot was. Door de training kon ze zonder tussenpozen naar boven lopen. Op de echobeelden zagen we de eerder genoemde spieren in de meeste gevallen toenemen in oppervlakte. Onze tests – aan het begin en het einde van de trainingsperiode - gaven helaas geen duidelijk beeld van het verbeterde fysiek functioneren. Waarschijnlijk zijn hier andere tests voor nodig. Iets voor vervolgonderzoek.’
Toegewijde deelnemers
Tijdens het onderzoek genoten Gill en Beentjes van de afwisseling in hun werkzaamheden. Beentjes: ‘’s Morgens zaten we vaak achter de computer. Echobeelden analyseren en trainingsdata controleren en verwerken. ’s Middags trainden we de deelnemers. Omdat we week na week dezelfde ouderen zagen, bouwden we een band met hen op. Zo trainde ik bijvoorbeeld een 96-jarige dame van Duitse afkomst. Ze had de Tweede Wereldoorlog heel bewust meegemaakt en vertelde daar geregeld boeiende verhalen over. Onze kijk op het leven kwam, grappig genoeg, enorm overeen. We maken ons beiden niet snel ergens druk over.’
Gill: ‘De ouderen waren enorm toegewijd aan ons onderzoek. Begin november stormde het zo enorm dat het KNMI code oranje afgaf. Een zeer fragiele 80-jarige dame, die ik absoluut niet had verwacht, stond begin van de middag toch vastberaden voor mijn neus. Prachtig, toch?’ Ook de samenwerking met studenten Voeding en Diëtetiek beviel Gill goed. ‘Ik leerde veel van hen over passende voeding voor kwetsbare ouderen. Door de prettige samenwerking zal ik in de toekomst sneller een diëtist betrekken bij mijn behandeling.’
Onderzoek en carrière
Beide studenten leerden veel over het belang en de verwerking van data. Beentjes: ‘Cruciaal voor ons werk als fysiotherapeut. Wanneer je je uren declareert bij een zorgverzekeraar moet je duidelijk aangeven wat je doet en wat je doel is met een patiënt.’ Gill: ‘Voorheen las ik geregeld artikelen over onderzoeksresultaten. Nu weet ik hoe dergelijke resultaten tot stand komen en hoeveel werk erbij komt kijken.’ Of dat betekent dat ze verder wil in onderzoek? ‘Nee, ik ben niet het type voor een baan met veel schermtijd. Zet mij maar in een oefenzaal met patiënten.’
Ook Beentjes ambieert geen onderzoekscarrière. ‘Ik moet in beweging zijn. Het liefst train ik met mijn patiënten mee.’ Tot ze in juni afstuderen, loopt hij stage bij een fysiotherapiepraktijk gericht op de begeleiding van sporters. ‘In de toekomst wil ik dit werk ook graag doen. Het liefst als fysiotherapeut bij een sportteam.’ Gill loopt mee in een algemene fysiotherapiepraktijk om te onderzoeken welk specialisme haar het meest trekt. Of ze in de toekomst weer met ouderen wil werken? ‘Wie weet. Ik sluit niets uit.’