Centre of Expertise Urban Education

Armoede en bestaanszekerheid

Armoede en bestaanszekerheid hangen sterk met elkaar samen. Bestaanszekerheid gaat over voldoende inkomen, goede gezondheid, betaalbare en duurzame huisvesting, werk dat loont, een adequate opleiding, gezonde sociale relaties en een zinvol leven (Commissie Sociaal Minimum, 2023). Armoede is het gevolg van onvoldoende inkomen, wat vaak leidt tot uitsluiting van maatschappelijke participatie en een structurele afhankelijkheid van het sociale zekerheidsstelsel (Engbersen, 1991).   

Op het gebied van bestaanszekerheid vertoont de samenleving crisisverschijnselen: de arbeidsmarkt is te flexibel en daarmee onzeker voor velen. Daarnaast is er een tekort aan betaalbare woningen, blijft onderwijsongelijkheid een hardnekkig probleem en zijn sociaaleconomische gezondheidsverschillen onverminderd groot. De houdbaarheid en uitvoerbaarheid van het sociale zekerheidsstelsel staat onder druk en steeds meer mensen komen in de knel met de verzorgingsstaat, waarvan ze afhankelijk zijn. Deze effecten zijn niet alleen voelbaar voor ouders maar bereiken ook het kind.

De bestaanszekerheid van gezinnen staat centraal binnen de programmalijn ‘armoede en bestaanszekerheid’ van het Centre of Expertise Urban Education (CoE UE). Als die in het geding is, zijn kinderen en jongeren hier de dupe van. In totaal groeien er 160 duizend minderjarige kinderen op in een huishouden met een armoederisico (CPB, 2024). De kans dat kinderen uit armere gezinnen later arm blijven, is relatief groot, ook al is het zeker niet zo dat iedereen uit een lager inkomensgezin arm blijft (CBS, 2023). De omstandigheden waarin kinderen opgroeien bepalen voor een groot deel de kansen die ze krijgen. Jongeren van ouders met een lagere sociaaleconomische achtergrond zijn kwetsbaarder voor bestaansonzekerheid. Het kan hun schoolloopbaan beïnvloeden en daarmee hun uitgangspositie op de arbeidsmarkt (SER, 2022).

Professionals in het sociaal domein zetten zich in om de bestaanszekerheid voor gezinnen te vergroten. Hierin doen zij een variatie aan ervaringen, beperkingen en inzichten op. Om hier zicht op te krijgen, stellen we binnen de programmalijn de komende tijd de volgende vragen:

  • Welke praktijkvragen hebben professionals?

  • Tegen welke (systeem)beperkingen lopen zij aan en hoe kan dit beter?

  • Wat ligt wél binnen de invloedsfeer van de professional, en wat hebben zij nodig om gelijke kansen voor elk kind te bewerkstellingen?

Binnen de Hogeschool van Amsterdam gebeurt er al veel op deze domeinen. Een een belangrijke rol voor de programmalijn is dan ook om deze activiteiten met elkaar te verbinden, verder te versterken door kennisuitwisseling en uit te dragen naar de praktijkpartners in de stad. Ook voor partners in de stad willen we deze rol van kenniswerkplaats nadrukkelijk vervullen.

Dit doen we aan de hand van:

  • (nieuw op te zetten) onderzoek gericht op praktijkvragen;

  • doorvertalen van inzichten naar het onderwijs (waar de professionals van morgen worden opgeleid);

  • het organiseren van (netwerk)bijeenkomsten voor kennisdisseminatie;

  • professionalisering voor huidige professionals.

Samenwerking

We zoeken samenwerking met initiatieven in de samenleving en sluiten aan bij bestaande initiatieven binnen de HvA. Wil jij verder in gesprek over dit thema? Neem dan gerust contact op. We gaan graag in gesprek.

Gepubliceerd door  Urban Education 14 augustus 2024