Deconstructing Discourse In Practice in Dutch Civic Integration Programmes

Een kritisch blik op integratie en inburgeringsprogramma's in Nederland

Project

Door middel van een kritische discoursanalyse onderzoeken we welk beeld van 'de migrant', 'de Nederlander' en 'integratie' wordt neergezet, en hoe dit mogelijk discriminerend kan werken. Daarnaast kijken we, door middel van een kritische etnografie, naar nieuwe praktijken in de inburgering en hoe deze de interacties tussen inburgeraars en professionals vormgeven, en onze ideeën over integratie verder versterken.

inburgeringsbijeenkomst

Onderzoekers brengen met de Critical Discourse Analysis methode in kaart hoe integratie wordt beschreven in informatiebrochures, lesboeken, toetsen en websites voor vluchtelingen. De onderzoekers analyseren zowel overheidsprogramma’s als programma’s die burgers zelf hebben opgezet voor vluchtelingen.

Welke boodschappen ontvangen vluchtelingen via de inburgeringsprogramma’s over wat ze moeten doen en hoe ze moeten leven om aan te tonen dat ze voldoende geïntegreerd zijn? En welke invloed hebben deze boodschappen op hun dagelijks leven en eventuele integratie in Nederland? De persoonlijke verhalen van vluchtelingen zelf bieden een goede kijk op de verschillen tussen de overheidsprogramma’s en die van burgers zelf.

Betekenis integratie

Wat betekent integratie? Hoe weten we dat iemand ‘geïntegreerd’ is en dat dit doel is behaald? Beleidsmedewerkers, professionals en vrijwilligers die integratie definiëren, hebben een grote invloed op onze integratieprogramma’s, onze visie op integratie en op het leven van mensen. In dit onderzoek kijken we kritisch naar ‘integratie’ en stellen we vragen over welke ideeën van mensen, de ‘ander’ en ‘ons’ nodig zijn om dit concept toe te passen. We bouwen voort op theorieën uit de kritische migratie- en integratiewetenschap, maar ook op theorieën over ‘moderniteit’, kennisontwikkeling en dekoloniale/postkoloniale perspectieven.

Doel

Het doel is om onzichtbare aannames zichtbaar te maken door middel van een kritische analyse die deze aannames aan het licht brengt. Het gaat hierbij om aannames over de ‘Nederlandse culturele identiteit’, aannames over de ‘ander’ en hoe deze aannames bijdragen aan het vormgeven en normaliseren van het idee van de noodzaak van integratie. We streven ernaar om nieuwe praktijken binnen de inburgering te bestuderen, om te begrijpen waar deze praktijken vandaan komen en welke impact ze hebben op het leven van mensen die nieuw zijn in Nederland

Methode

Onderzoekers maken gebruik van Critical Ethnography en Critical Discourse Analysis.

Resultaten

De eerste deelstudie van deze PhD presenteert een kritische discoursanalyse van teksten die worden gebruikt binnen het inburgeringsprogramma. Deze analyse laat zien hoe deze teksten bijdragen aan meerdere discursieve constructies: de constructie van de ‘Nederlandse identiteit’ als ‘modern’, de constructie van de ‘ander’ als ‘onmodern’ en daarmee een bedreiging, en de constructie van een hiërarchische relatie tussen beide.

De tweede deelstudie presenteert een kritische discoursanalyse van teksten die bedoeld zijn voor gemeenten om hun nieuwe coördinerende rol in het inburgeringsprogramma op zich te nemen. De analyse toont aan dat alle actoren worden aangespoord om het integratieprobleem te beschouwen als een probleem van cultureel verschil. Daarnaast worden nieuwe praktijken ingezet om deze afstand ‘objectief’ te meten en ervoor te zorgen dat ‘migranten’ de ‘Nederlandse waarden’ eigen maken.

De derde deelstudie onderzoekt hoe het dagelijks leven en handelen van ‘migrantenfamilies’ wordt beschreven, geproblematiseerd en gereguleerd binnen onderzoeksrapporten en artikelen. Door theoretische perspectieven uit kritische migratiestudies, sociologie en Occupational Science te combineren, stelt het artikel dat de studie en beschrijving van het dagelijks leven van ‘migranten’ binnen de wetenschap een ruimte is waar aannames en ideeën over moderniteit worden (re)geproduceerd en verspreid naar de praktijk.

De vierde deelstudie richt zich op een nieuwe praktijk binnen de inburgering: de Leerbaarheidstoets. Het onderzoekt hoe deze praktijk tot stand is gekomen, hoe het de overwegingen van klantmanagers in de praktijk beïnvloedt, en welke invloed het heeft op de interacties tussen professionals en inburgeraars.

Wat draagt het bij aan onderzoek/onderwijs/praktijk?

Onderwijs

De kennis uit dit onderzoek wordt gedeeld binnen het curriculum van de opleiding Ergotherapie, met name tijdens lessen over marginalisatie, discours in de samenleving, en de rol van de ergotherapeut als pleitbezorger. Daarnaast worden de uitkomsten gebruikt in zowel de bachelor- als masteropleiding Ergotherapie voor kritische reflectie op kennisontwikkeling, het gebruik van categorieën binnen onderzoek, en onze eigen rol als onderzoekers in het (re)produceren van ideeën over bepaalde groepen in de samenleving, door hoe wij ons onderzoek uitvoeren en dissemineren. In de masteropleiding worden de uitkomsten ook ingezet in lessen over kritische onderzoeksmethoden, zoals etnografie en discoursanalyse.

Onderzoek

Dit onderzoek bouwt verder aan theorieën over integratie en onderzoekt het normatieve effect daarvan. Door kritische integratietheorieën te combineren met theorieën uit de Occupational Science, brengt het verschillende perspectieven samen om op een andere manier naar het vraagstuk van ‘integratie’ te kijken.

Praktijk

Door de kennis uit dit onderzoek direct toe te passen in het werk van Stichting Civic en het publieke debat over inburgering en integratie, draagt dit onderzoek bij aan een andere kijk op integratie en inburgering in Nederland. Dit gebeurt onder andere door het meeschrijven aan blogartikelen, bijdragen aan een manifest, en het ondersteunen van mogelijke juridische procedures. De uitkomsten van dit onderzoek worden ook direct gedeeld met verschillende partners, van ministeries tot gemeenten, taalscholen en NGO’s.

Onderzoeksteam

  • Promotor: Dr. Prof. Anja Krumeich Maastricht University. Global Health. Research Group: Inequity, Participation and Globalization
  • Copromotor: Dr Margo van Hartingsveldt, HvA-lectoraat Ergotherapie: Participatie en Omgeving
  • Copromotor: Dr. Debbie Rudman, Western University Canada
Gepubliceerd door  Urban Vitality 7 oktober 2024

Project Info

Startdatum 01 feb 2018
Einddatum 01 jan 2025