HvA en HU brengen oefentherapie naar de leefwereld van de cliënt

2 dec 2021 11:17 | Urban Vitality

Cliënten van oefentherapeuten leren tijdens de behandelingen anders te bewegen. Zij geven aan dat ze het lastig vinden om het geleerde toe te (blijven) passen in hun dagelijks leven. Daarom onderzoeken Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Utrecht samen hoe oefentherapeuten in hun behandeling beter kunnen aansluiten bij de leefwereld van hun cliënten. Het project ontving een vierjarige subsidie van ZonMw.

Huishouden, sociale activiteiten, sporten, werk: in alle activiteiten van het dagelijks leven speelt bewegen een grote rol. Bewegen is voor de meeste mensen vanzelfsprekend, maar voor wie te maken heeft met pijnklachten is dat anders. Voor hen zijn alledaagse activiteiten en lichaamshoudingen lastig. Samen met de cliënt zoekt de oefentherapeut naar oplossingen, waarbij het bewegen wordt geanalyseerd en verklaard vanuit de motorische vaardigheden van de client, diens cognities, emoties en omgeving. Vanuit dit totaalplaatje leert de cliënt om zelf houdings- en bewegingsgewoonten aan te passen.

Transferprobleem

“Stel, een cliënt kan haar werk niet meer uitvoeren door chronische nekklachten. Als het mij als oefentherapeut lukt om haar anders te laten zitten in de trein naar haar werk zodat zij geen last meer heeft van haar nek, ben ik blij”, zegt Matthijs Tuijt, hogeschooldocent Oefentherapie en onderzoeker bij het lectoraat Innovatie van Beweegzorg van Hogeschool Utrecht (HU). “Helaas geven cliënten aan dat ze het lastig vinden om wat ze leren in de behandelruimte toe te passen in hun eigen leefomgeving. Dat noemen we een transferprobleem. Als we dat kunnen verkleinen, kunnen we als beroepsgroep onze cliënten veel beter helpen.”

Optimaliseren

“De overheid streeft naar het bieden van de juiste zorg op de juiste plek”, zegt Margreet Wortman. Na ruim 30 jaar als oefentherapeut in haar praktijk te hebben gewerkt, werd zij hogeschooldocent en onderzoeker (promovenda) bij het lectoraat Oefentherapie – Dagelijks bewegen! van de Hogeschool van Amsterdam (HvA). “Om de kwaliteit van de paramedische zorg verder te verbeteren is het ZonMw-programma Paramedische Zorg opgezet. Zo kan ook oefentherapie onderzoek uitvoeren op dit gebied.” Tuijt en Wortman dienden een onderzoeksplan in binnen dit programma en kregen financiering voor vier jaar. Tuijt: “De essentie is: laten we kijken hoe we oefentherapie kunnen optimaliseren voor mensen in hun eigen leefomgeving. We streven naar een meer persoonsgerichte benadering in de context van de cliënt.”

eHealth

De onderzoekers gaan interviews houden met cliënten en oefentherapeuten. Op basis van een literatuurstudie selecteren zij meetinstrumenten, die ze voorleggen aan professionals. Daarna observeren de onderzoekers echte behandelsessies bij mensen thuis of op het werk om te zien wat er gebeurt. “Met al die gegevens maken we een online toolbox met oefentherapeutische strategieën, behandelmethoden en meetinstrumenten”, zegt Wortman. “Die is gebaseerd op de drie pijlers van oefentherapie: motorisch leren, zelfmanagement en gedragsverandering. De bedoeling is om dat aan te vullen met wat belangrijk is voor cliënten in hun eigen leefwereld. We weten nu nog niet wat dat is, maar dat gaan we uitzoeken.” Tuijt: “Mogelijk moeten oefentherapeuten anders gaan werken. Denk aan het bezoeken van cliënten thuis of op hun werk.” Wortman: “Of eHealth. Misschien vragen we cliënten om video’s te maken van hun thuissituatie, als dat ondersteunend is, of bieden we coaching aan via een app.”

Patiëntenverenigingen

De HU en de HvA zijn momenteel de enige hogescholen in Nederland waar oefentherapie wordt onderwezen en waar lectoraten werken aan praktijkgericht onderzoek op dit gebied. In het consortium zijn naast beide hogescholen ook de beroepsvereniging voor oefentherapeuten VvOCM betrokken, evenals een aantal patiëntenverenigingen: Cliëntenbelang Amsterdam, Pijnpatiënten naar 1 Stem en het Landelijk Netwerk Chronische Pijn. Op 1 december 2021 ging het project officieel van start.