Vertrouwen en bestaanszekerheid: wensdroom of noodzaak?
De afscheidsrede en het essay van Roeland van Geuns
10 nov 2022 11:20 | Faculteit Maatschappij en RechtRoeland van Geuns nam op 22 september afscheid als lector Armoede Interventies van de Hogeschool van Amsterdam. Ter gelegenheid van zijn vertrek werd een afscheidssymposium georganiseerd met vooraanstaande sprekers en gasten. Zijn rede ‘Vertrouwen en bestaanszekerheid: wensdroom of noodzaak?’ is nu terug te kijken en ook als essay te lezen.
Het symposium werd geopend met een persoonlijke videoboodschap van Minister voor Armoedebeleid Carola Schouten waarin ze prees hoe Roeland de brug slaat tussen theorie en praktijk, tussen grote woorden en wat mensen echt bezighoudt. Daarna nam Van Geuns zelf het woord. Voor deze gelegenheid schreef hij het essay ‘Vertrouwen en bestaanszekerheid: wensdroom of noodzaak?’, die hij als rede voordroeg. Hij betoogde hoe die twee begrippen - in samenhang - aan de basis staan van een langetermijnvisie op de inrichting van onze samenleving en het herstel van de verstoorde verhouding tussen overheid en burger.
Vertrouwen en bestaanszekerheid
Vertrouwen is een relationeel concept, en gebaseerd op het geloof op de ander te kunnen bouwen. Van Geuns beschrijft hoe het vertrouwen van de burger in de overheid en vice versa vanaf de jaren tachtig geleidelijk aan minder is geworden. Wantrouwen werd steeds vaker uitgangspunt van beleid. Wel lijkt het tij te keren; Carola Schouten schreef onlangs aan de kamer: ‘Ik hanteer bij de herijking van het handhavingsinstrumentarium het uitgangspunt dat de meeste mensen het goede willen doen. Ik ga uit van vertrouwen’. Een stap in de goede richting, maar het afkondigen van een visie is niet genoeg. Een grondige omslag in denken is nodig bij de vormgeving van beleid en uitvoering. Van Geuns geeft alvast een voorzet: ga uit van vertrouwen bij de participatiewet. Als iemand verklaart aan de eisen te voldoen, verstrek die persoon dan een uitkering. Niet pas na 6 tot 8 weken, maar binnen enkele dagen.
Bestaanszekerheid sluit aan bij het basisbehoeftebudget dat door het Sociaal Cultureel Planbureau wordt omschreven als: het inkomen nodig voor het dekken van de minimale uitgaven van een zelfstandig huishouden aan onvermijdbare, basale zaken als voedsel, kleding en wonen. Ook de uitgaven aan andere moeilijk te vermijden posten, zoals verzekeringen en persoonlijke verzorging, zijn meegeteld. Van Geuns voegt hier ook de duurzaamheid van bestaanszekerheid aan toe; de garantie dat het inkomen niet langer dan twee weken onder dat basisniveau zakt. Via dit begrip toont van Geuns aan hoe het oplossen van de materiële nood, of dat nu een te laag inkomen is of de aanwezigheid van schulden, direct bijdraagt aan het vergroten van het welzijn van betrokkenen. Hij roept hiermee op het noodzakelijk inkomen van burgers te verhogen en om op veel grotere schaal over te gaan tot het kwijtschelden van schulden.
Een ander mensbeeld omarmen
Van Geuns sluit af door in te gaan op de relatie tussen beide begrippen; Het bieden van bestaanszekerheid is een belangrijk onderdeel zijn van het herstellen van vertrouwen van mensen in de overheid. Onderdeel daarvan is dat diezelfde overheid bij het bieden van bestaanszekerheid haar burgers ook vertrouwt. En hij doet een laatste oproep in de geest van zijn lectorschap: de overheid en politiek dient een ander mensbeeld te omarmen, een mensbeeld dat uitgaat van vertrouwen. Zoals hij zelf schrijft: ‘de wereld wordt er een stuk aangenamer, makkelijker en materieel gezien veiliger door’.
Man met een missie
Na zijn rede werd Roeland van Geuns toegesproken door onder andere wethouder Marjolein Moorman en Marco Florijn, Voorzitter NVVK (en oud wethouder sociale zaken in Leeuwarden en Rotterdam). Moorman omschreef hem als een man met een missie en ‘overhandigde’ hem een cadeau aan de stad: haar maximale inzet voor een verhoging van het percentage voor alle armoedevoorzieningen en voor de voortgang van een onderzoeksproject op het gebied van onvoorwaardelijke financiële steun aan gezinnen. In een panelgesprek werd daarna verder gediscussieerd over vertrouwen als basis voor bestaanszekerheid met genodigden uit de praktijk. En na het inhoudelijk deel werd vanuit de collega’s van het lectoraat en het management van de HvA afscheid genomen.