Na mijn bachelor leraar Nederlands heb ik een jaar werkervaring opgedaan. Daarna vond ik het tijd om door te studeren. Vanaf de start van mijn masteropleiding mocht ik op de school waar ik werk, lesgeven aan de bovenbouw. Dat ligt me ook goed. Alleen voor een vwo-6 heb ik nog niet gestaan.

Sinds ik de masteropleiding volg ben ik enorm gegroeid als mens en als docent. Ik ben natuurlijk ook ouder, maar doordat je dieper op de stof ingaat, kun je vanuit meerdere aspecten uitleg geven. Eerst volgde ik vooral de methode, nu sta ik boven de stof en heb ik een visie op onderwijs en een eigen lesstijl ontwikkeld. Voor mij maakt dit het lesgeven leuker.

Mijn bachelor heb ik ook aan de HvA gevolgd. Dat is erg goed bevallen. Ook nu ben ik erg tevreden. De docenten zijn gemotiveerd en gedreven en ik ontmoet interessante mensen. Het intensief samenwerken aan iets dat je interesseert levert veel goede contacten op.  

Ik woon op mezelf in Alkmaar. Het reizen naar de opleiding is niet het zwaarst. Het moeilijkste is dat ik vanwege tijdgebrek tegen veel dingen 'nee' moet zeggen, ook op mijn werk. Maar mijn school staat achter mijn studie en steunt me enorm. Zelfs nu ik er een vierde jaar achteraan moest plakken door mijn deelname aan de Alpe D’HuZes in Frankrijk. Deze heb ik als wielrenner beklommen om de strijd tegen kanker te steunen.

Eigenlijk wilde ik altijd al graag een master halen. Dus toen mijn docent – Henk Brouwer – vroeg of ik interesse had in de masteropleiding, was de beslissing snel genomen. Na mijn master ga ik misschien de kant van beleidsvorming op. Ik ben zeker nog niet uitgeleerd.

Ik werk nu aan mijn afstudeeronderzoek over geïntegreerd taalkundeonderwijs: het koppelen van taalkundige onderwerpen aan spreek- en schrijfopdrachten. Als sectievoorzitter van de vakgroep Nederlands ben ik veel bezig met de inrichting van het onderwijs en taalkunde is onmiskenbaar het ondergeschoven kindje. Maar het is erg interessant en kan leerlingen goed voorbereiden op hoger en wetenschappelijk onderwijs. Met dit onderzoek streef ik er dan ook naar dat taalkunde een vaste plek krijgt in de bovenbouw van de havo en het vwo.