Mathilde staat nu zo’n 12 jaar voor de klas als wiskundedocent in het vmbo. “Ik was altijd wel goed in rekenen en wiskunde. Ik paste veel op, speelde graag met kinderen en gaf hockeytraining. Misschien was het dan heel logisch dat ik het onderwijs in zou gaan.” Ze gaf ook al jaren wiskundebijles, deed inmiddels de mbo-opleiding Onderwijsassistent en voor ze het wist stond ze voor de klas op het vmbo. Inmiddels geeft ze les aan vmbo-leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben waar ze zich als een vis in het water voelt. “Ik ben mentor van mijn klas en zou in de toekomst nog wel willen doorgroeien. Als pedagogisch begeleider kan ik nog meer voor de leerlingen betekenen.”

Toen Mathilde de vraag kreeg om haar docentbevoegdheid te halen twijfelde ze of ze dan alsnog de lerarenopleiding wiskunde wilde doen. “Ik vind biologie en geschiedenis ook heel interessant. Toch koos ik voor biologie want ik merkte dat ik daar de meeste passie voor heb.” En dat blijkt een schot in de roos. “Biologie is veel meer een doevak. Je bekijkt van alles door de microscoop en we gaan zelfs voor lessen naar Artis. Ik merk dat dit zoveel beter bij me past. Ik word ook echt heel blij op de dagen dat ik hier op het Kohnstammhuis colleges heb.”

Overzicht en structuur 

De deeltijdopleiding heeft haar leven niet erg veranderd. “Het is voor mij wel belangrijk om overzicht en structuur te hebben dus ik zorg dat ik een goede planning heb. Misschien spreek ik nu wat minder af met vriendinnen en spontaan een weekendje weg zit er niet meer in. We moeten dat nu wat meer plannen. Misschien is de grootste verandering dat ik gestopt ben met drinken. Mijn hoofd is een stuk helderder. Dus neehoor het gaat eigenlijk prima zo.”