Jaar 2, 3 en 4
In het tweede studiejaar volgt een verdieping van je bedrijfseconomische en financiële kennis. In het derde ga je een half jaar stage in binnen- of buitenland lopen en volg je een minor. In jaar 4 werk je aan je afstudeeropdracht en rond je je studie af.
Jaar 2
In het tweede studiejaar volgt een verdieping van je bedrijfseconomische kennis. Je richt je bijvoorbeeld meer op kosten en opbrengsten, de financiële bedrijfsadministratie, het opstellen van een jaarrekening, fiscale aangiftes en het maken van een investeringsplan.
Het jaar is verdeeld in blokken, waarvan elk blok een thema kent:
- Thema blok 1: Processen en Risico’s
- Thema blok 2: Data & control
- Thema blok 3: Finance & Innovation
- Thema blok 4: Jaarverslaggeving
Ieder blok wordt afgesloten door middel van een toets, een portfolio van beroepsproducten en een eindgesprek.
Jaar 3 en 4
In de laatste twee jaar van de opleiding verdiep je je verder in de kerngebieden van Finance & Control. Hierbij kun je uitstekend gebruik maken van alles wat je al weet uit jaar 1 en 2. Je maakt voor ieder kerngebied een aantal praktijkgerichte opdrachten en voert een afstudeeronderzoek uit op een eigen gekozen kerngebied:
- Van Strategie naar Beheersing: Bij deze module staat strategieontwikkeling en het monitoren van de uitvoering van deze strategie centraal. Bij strategieontwikkeling staan onderwerpen centraal als macro-economische aspecten, meso-omgeving aspecten en de organisatie. Ook wordt door middel van performance management de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het strategische en operationele beleid vormgegeven. Daarnaast gaat het om het plannen en beheersen van prestaties van het bedrijf en de bedrijfsonderdelen (Planning & Control cyclus). Bij Performance Management wordt met behulp van BI-tools bestuurlijke informatie ingezet en geanalyseerd om bedrijfsonderdelen te evalueren en maatregelen door te voeren om de strategische doelstelling van een organisatie te waarborgen. Een Management Control Systeem geeft een organisatie de mogelijkheid om elke werknemer individueel verantwoordelijk te houden voor de geïmplementeerde strategie.
- Bedrijfswaardering en Besturing: Dit betekent het adviseren over financiële vraagstukken, zoals het aantrekken van financiering en het waarderen van investeringen en ondernemingen, binnen een organisatie waarbij rekening gehouden wordt met operationele aspecten, fiscale aspecten en financiële risico’s. Met dit doel is het belangrijk dat informatievoorzieningen en bedrijfsprocessen doelmatig ingericht zijn of worden. Een F&C’er stelt bovendien externe verantwoordingsoverzichten op en houdt daarbij rekening met richtlijnen en wet- en regelgeving.
- Strategic Management & Organisational Behaviour: Een F&C’er moet zich in elke functie bewust zijn van het feit dat zijn werk zich afspeelt in het belangenveld van stakeholders binnen én buiten de organisatie. Strategieformulering is het vaststellen van de wijze waarop de organisatie zich wil onderscheiden en haar doelen wil bereiken. Onderwerpen als marketing en macro-economische aspecten zijn daarom onderdeel van dit kennisgebied.
Om de doelen van de organisatie te realiseren, moet de interne omgeving van een bedrijf daarop gericht zijn. Daarom moet een F&C’er kennis hebben van een effectieve organisatie-opbouw. Daarnaast ook van het gedrag van medewerkers, en hoe dat beïnvloed wordt. Zaken die hierbij een rol spelen zijn een mix van interne regelgeving (hard controls) en de aansturing van het management op het individuele gedrag van werknemers (soft controls) binnen de cultuur van de organisatie.
Stage en minor in jaar 3
In het derde jaar loop je een half jaar stage. Dat kan in Nederland, maar ook in het buitenland via één van de 126 internationale partnerinstituten van de Hogeschool van Amsterdam.
De stage is je eerste echte kennismaking met de beroepspraktijk. Je werkt dan als professional binnen een organisatie en voert een individuele (onderzoeks)opdracht uit. Dit kan bij een accountantskantoor of op de financiële afdeling van een organisatie. Je werkt daar bijvoorbeeld aan opdrachten als het in kaart brengen van de administratieve organisatie en bedrijfsprocessen of het maken van financiële analyses.
Verdiepen of verbreden met een minor
In het derde jaar volg je gedurende een semester een minor. Dit is een keuzeprogramma van een half jaar. Kies een minor die aansluit bij je ambities en verbreed of verdiep je kennis. Binnen óf buiten je opleiding. Je kunt een minor van 30 ECTS (studiepunten) volgen of twee minoren van ieder 15 ECTS. Bij bepaalde minoren kunnen instapvoorwaarden zijn. Als je wilt doorstromen naar een masterstudie aan de Universiteit van Amsterdam, dan zijn de Academic doorstroomminoren een optie.
Afstuderen in jaar 4
In het vierde jaar rond je je opleiding af met een relevante afstudeeropdracht binnen een van de kerngebieden bij een bedrijf in binnen- of buitenland.
Je doet bijvoorbeeld onderzoek naar de renterisico's van een ICT-bedrijf, neemt een investeringsplan van een projectontwikkelaar onder de loep, onderzoekt een andere manier om bedrijfsresultaten te meten, of berekent de kostprijs van een nieuw product of nieuwe dienst.
Afstudeeropdrachten bij het Centre for Financial Innovation
In het Centre for Financial Innovation (CFI) van de financiële opleidingen werken bedrijven, studenten en docent-onderzoekers samen aan actuele vragen uit de beroepspraktijk en doen zij onderzoek binnen het vakgebied Finance & Control.
Je kunt bij het Centre for Financial Innovation je afstudeeropdracht doen. Het CFI biedt (onderzoeks)projecten in het bedrijfsleven aan, waarbij je als student zelfstandig onderzoek uitvoert onder begeleiding van onderzoekers. Lees meer over de mogelijkheden.