Child Occupational Self Assessment (COSA) 2.2 NL
Meetinstrument

De COSA is een meetinstrument waarmee kinderen en jongeren tussen de 7 en 18 jaar zelf kunnen nadenken over hoe zij hun eigen vaardigheden in dagelijkse activiteiten ervaren. Het helpt hen om te begrijpen hoe ze zich voelen over wat ze kunnen doen en hoe belangrijk die activiteiten voor hen zijn.
Ergotherapeuten gebruiken de COSA om te zien hoe kinderen en jongeren denken over hun mogelijkheden en vaardigheden. De COSA is gebaseerd op onderzoek en bestaat uit een vragenlijst. Met meetinstrumenten zoals de COSA wordt erkend dat jongeren goed inzicht hebben in hun eigen leven. Ze kunnen ook meedenken over hun gezondheid en welzijn. De COSA wordt vaak gebruikt aan het begin van het ergotherapieproces, wanneer de ergotherapeut onderzoekt welke hulp nodig is.
De informatie uit de COSA helpt om de hulp die nodig is goed te plannen. Het geeft het kind ook de kans om mee te denken over de doelen en prioriteiten voor de therapie. Aan het einde van het proces kan de ergotherapeut de COSA weer gebruiken om te kijken of de therapie effectief is geweest. De COSA 2.2 NL is de Nederlandse handleiding van de Amerikaanse COSA versie 2.2.
COSA-handleiding
Wil je meer weten over de COSA-NL? Vraag dan nu de handleiding aan. Je ontvangt deze binnen enkele minuten in je mailbox.
Contact
Heb je vragen over de COSA NL? Neem dan contact met ons op via posthbo-ergotherapie@hva.nl.