Logo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpaginaLogo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpagina
Nieuws

Rose Leighton: ‘Een docent is net een curator in een museum’

3 april 2025

Foto Rose Leighton

Rose Leighton werkt binnen het lectoraat Higher Education, Research and Innovation (HERI) aan haar promotieonderzoek. Zojuist heeft ze succesvol haar midterm-verdediging afgerond aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Hoe ziet zo’n promotietraject in België eruit? En waar gaat haar onderzoek over? Een interview.

Wat doe je voor het lectoraat HERI?  

‘Bij het lectoraat Higher Education, Research and Innovation (HERI) werk ik aan mijn promotie-onderzoek. Daarnaast werk ik één dag in de week als docent bij Creative Business. Op dit moment heb ik echter mijn gespaarde DI-uren gebruikt om al mijn tijd aan mijn onderzoek te kunnen besteden, dus de focus ligt even helemaal op mijn promotie.’

Waar gaat je promotieonderzoek over?

‘Ik onderzoek hoe hbo-docenten bij het ontwerpen van hun onderwijs omgaan met studiematerialen. Wat doen ze dan eigenlijk precies? Dat doe ik vanuit het perspectief van ‘curation’: een docent is eigenlijk net als een curator in een museum, die ook niet alleen schilderijen moet kiezen uit een enorme collectie. Hij moet ook bepalen wat hij bij elkaar hangt, wat het verhaal wordt dat hij met de tentoonstelling wil vertellen en hoe hij dat het beste overbrengt. Ik kijk uit welke onderdelen dat cureren van docenten bestaat, wat voor verschillende aanpakken er zijn, waarom ze doen wat ze doen en waar eventueel nog blinde vlekken zitten.’

Nu heb je net je midterm-verdediging gehaald, gefeliciteerd! Kun je vertellen hoe een promotietraject in België eruit ziet en wat zo’n midterm-verdediging is?

‘Ik promoveer aan de Katholieke Universiteit Leuven, in België. Dit promotietraject verloopt in grote lijnen hetzelfde als in Nederland. Wat in Leuven anders is, is de tussentijdse verdediging. Daarvoor schrijf je een rapport met daarin je theoretisch kader, onderzoeksvragen en -opzet, en al je uitkomsten tot dan toe. Dit rapport gaat naar een commissie van drie tot vijf mensen. In mijn geval waren dat twee hoogleraren uit Leuven, één uit Leiden en één uit Plymouth, in Engeland. Zij lezen het rapport en tijdens de tussentijdse verdediging stellen zij kritische vragen, net als bij een eindverdediging.'

'Die tussentijdse verdediging was in Leuven. Zonder publiek en zonder toga’s, zittend aan tafel in een vergaderruimte, maar verder dus vergelijkbaar met een eindverdediging. Na een gesprek van ongeveer een uur mocht ik een half uurtje wachten op de gang terwijl de commissie besprak wat hun oordeel was. Dat gaat via een ‘stoplichtbeoordeling': bij rood licht is het einde verhaal, dan mag je niet verder met je promotietraject. Nu komt dat gelukkig maar weinig voor en krijg je daar van tevoren wel signalen over, dus daar was ik niet bang voor. Oranje kan ook, dan moet je het rapport aanpassen en eventueel ook het gesprek opnieuw doen. Bij groen licht verwacht de commissie dat je in de resterende tijd en met de plannen zoals die er liggen, waarschijnlijk het traject goed af kan ronden. Dan krijg je wel nog een lijstje met feedback en verbeterpunten mee, waarmee je het werk nog verder kunt aanscherpen. Ik kreeg groen licht, dus dat was superfijn.’

Waar werk je nu aan?

‘Met de midterm achter de rug kan ik door met mijn onderzoek. Ik ben bezig met de analyse van interviews zodat ik een volgend artikel kan schrijven. En ik ben de laatste deelstudie aan het opzetten. Die hoop ik voor de zomer uit te kunnen voeren.’