Studenten helpen zorg vooruit door hulp bij onderzoek
25 februari 2025

Onderzoeksvaardigheden opdoen? Of een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van je vakgebied? Wat is de toegevoegde waarde van én voor studenten bij onderzoeksprojecten? Maarten Stoelinga (25) en Rishi Changoer (24) vertellen.
‘Het onderzoek waaraan wij meewerkten, het Samen beter worden met AI-project is onderdeel van de OPRAH-studie’, start Maarten Stoelinga. ‘De OPRAH-studie is een grootschalig onderzoek ontwikkeld door fysiotherapeuten, diëtisten en chirurgen, vanuit het Amsterdam UMC. Gericht op de beste begeleiding van patiënten – met een optimale combinatie van voeding en training - na een oncologische operatie aan de longen of het maag-darmkanaal.
Atris-app
Om professionals te ondersteunen bij het begeleiden van patiënten, werd gebruik gemaakt van de Atris-app: een applicatie waarmee fysiotherapeuten en diëtisten hun patiënten online kunnen begeleiden, inzicht kregen in het beweeg- en voedingsniveau van de patiënten en hun behandeling op elkaar kunnen afstemmen. Binnen het Samen beter worden met AI-project zijn onder andere de ervaringen van de patiënten en zorgprofessionals, die betrokken zijn geweest bij de OPRAH-studie, geëvalueerd.’
Tevredenheidsonderzoek
Stoelinga rondde afgelopen zomer zijn opleiding Fysiotherapie aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA) af. Samen met studiegenoot Rishi Changoer. Stoelinga: ‘Ik werkte al eerder bij de OPRAH-studie als student-assistent. Afstuderen op dezelfde plek was een logische keuze.’ Vanwege hun goede samenwerking betrekt Stoelinga Changoer bij het onderzoeksproject. Stoelinga: ‘Onze opdracht was het schematisch bundelen en weergeven van de ervaringen van fysiotherapeuten en diëtisten met de interventie binnen de OPRAH-studie, bestaande uit de Atris-app, coaching op afstand en interprofessionele samenwerking. Een soort tevredenheidsonderzoek dus. De ervaringen waren door bij de studie betrokken onderzoekers in eerdere één-op-één-interviews uitgevraagd.’
Changoer: ‘Het uitschrijven van de interviews was gedaan met een online tool. Wij kregen de uitgetypte bestanden aangeleverd. Aan ons de taak om de interviews te analyseren en te coderen. Om van daaruit te komen tot veelbesproken, belangrijke thema’s. Hoe je dat doet? Zin voor zin haal je de kern uit wat er gezegd wordt. Daar koppel je een code aan. Die codes breng je vervolgens samen tot overkoepelende thema’s. Uiteindelijk kwamen we zo tot 5 veelbesproken thema’s: werken met eHealth, coachen op afstand, samenwerken, uitdagingen en inzichten ten aanzien van de implementatie van de app en het toekomstperspectief.’

Van gedachten tot gebruiksgemak
Bij ieder thema beschreven de studenten de gedachten van de professionals. Changoer: ‘Over de inzet van eHealth waren de meesten bijvoorbeeld vrij positief: patiënten hadden sneller de regie over hun herstelproces en de lijnen tussen de patiënt en de professional werden als kort ervaren. Toch vonden velen het lastig om eHealth te combineren met hun overige werkzaamheden. Online onderdelen van het werk worden nog vaak ‘erbij gedaan’. Daarnaast werd coachen op afstand niet altijd als gemakkelijk ervaren. Dit vraagt namelijk gedegen kennis van motiverende gesprekstechnieken én een gemotiveerde patiënt.’
Bij elkaar opgeteld waren de eerste bevindingen dus redelijk positief. Stoelinga: ‘We presenteerden deze uitkomsten aan de onderzoeksgroep. Voor hen was het fijn om te weten dat de Atris-app positief beoordeeld werd, mits er gewerkt wordt aan randvoorwaarden als het bijspijkeren van kennis over online middelen en het ondersteunen van gebruiksgemak. De onderzoeksgroep gaat de resultaten verder uitwerken in een wetenschappelijk artikel.’
Positieve leerervaring
Meewerken aan een grootschalig onderzoeksproject was voor de studenten een positieve leerervaring. Stoelinga: ‘We waren tamelijk vrij bij het invullen van onze opdracht. Dat maakte het heel interessant. Je kunt écht samen uitzoeken wat de beste manier is om de ‘puzzel’ op te lossen. Het geeft een kick wanneer je steeds dichter bij een oplossing komt. We kregen hierbij overigens heel fijne, inhoudelijke feedback van onze begeleidster docent-onderzoeker Charlotte van Westerhuis en leerden zo de basis voor het uitvoeren van kwalitatief onderzoek.’
Natuurlijk waren er ook uitdagingen. Changoer: ‘Coderen kost heel veel tijd. Het leggen van verbanden, zonder de onderzoeksvraag uit het oog te verliezen, vond ik aanvankelijk best lastig. We hadden in het begin zo enorm veel data!’ Stoelinga: ‘Voor mij was het schrijven naderhand een uitdaging. Hoe zet je een wetenschappelijk artikel in elkaar? Daar hadden we nauwelijks onderwijs over gehad. Ook hierin heb ik wederom veel geleerd van de feedback van Charlotte.’
Goed gevoel
Wat hun deelname aan het Samen beter worden met AI-project heeft toegevoegd voor hen als student of professional? Stoelinga: ‘Ik werk nu als fysiotherapeut in de eerstelijnszorg. Daarnaast volg ik de pre-master Gezondheidswetenschappen aan de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam. In mijn werk als fysiotherapeut ervaar ik geen grote meerwaarde van mijn onderzoekservaring. Als therapeut is het belangrijker dat je weet hoe je nieuwe kennis op waarheid toetst. Tijdens mijn pre-master is de meerwaarde wél groot. Ik vind veel herkenning in de vakken die ik nu volg.’
Changoer knikt bevestigend: ‘Ik volg dezelfde pre-master. Hierna gaan we beiden voor de master Health Sciences. Zo’n vervolgopleiding biedt een breed carrièreperspectief.’ Hier hebben beiden nog geen vastomlijnde ideeën over. Wél zijn ze het eens over de meerwaarde van deelname aan onderzoek als student. Stoelinga: ‘Het is goed om de ‘wereld buiten school’ te verkennen.’ Changoer: ‘Ons onderzoek was onderdeel van een groter project. Normaliter verdwijnt een scriptie al snel in een kast. Onze uitkomsten dragen bij aan verbeteringen in de zorg. Dat geeft een goed gevoel.’
Over de studenten
Maarten Stoelinga (25) startte in 2020 bij de HvA met de opleiding Fysiotherapie. Zijn interesse in het vak ontstond op zijn vijftiende, toen hij één van zijn kruisbanden scheurde met fietsen. Afgelopen zomer (2024) ontving hij zijn diploma. Nu volgt hij de pre-master Gezondheidswetenschappen aan de VU Amsterdam.
Rishi Changoer (24) startte in 2020 bij de HvA met de opleiding Fysiotherapie. Hij wilde graag een vak leren waarmee je anderen kunt helpen. Afgelopen zomer (2024) ontving hij zijn diploma. Nu volgt hij de pre-master Gezondheidswetenschappen aan de VU Amsterdam.