Het mooiste vakgebied

Ik heb altijd fanatiek getennist bij de Tennisacademie in Overveen’, vertelt Youp. ‘Daardoor wist ik al op jonge leeftijd dat ik later sportlessen wilde geven.’ Op de middelbare school had Youp moeite met het opbrengen van discipline. ‘Ik was snel afgeleid. Na de derde klas van het vwo maakte ik de overstap naar de havo. Ik wist namelijk heel duidelijk wat ik wilde: naar de ALO.’ Daar kwam hij niet zonder slag of stoot terecht. ‘Ik haalde opeens een te laag cijfer voor mijn eindexamen Engels, terwijl ik al toegelaten was op de ALO. Gelukkig slaagde ik het jaar erop en kon ik alsnog starten.’

Fouten maken

Op de ALO voelde Youp zich direct als een vis in het water. ‘Mede door de goede sfeer en mijn leuke jaargang.’ De belangrijkste dingen die hij leerde? Mezelf toestaan ‘fouten’ te maken én mijn grenzen aangeven. Tijdens een stage in mijn 3^e jaar liep ik bij iedere vraag naar mijn begeleider. Hij zei me op een gegeven moment: ‘Als ik je steeds een oplossing aanreik, leer je niets. Ga experimenteren en durf fouten te maken.’ Natuurlijk kon ik bij hem terecht als ik ergens écht niet uitkwam.’

Tijdens het vak Professionele Persoonlijke Identiteitsontwikkeling (voorheen supervisie, red.) leerde Youp dat het goed is je grenzen tijdig aan te aangeven. ‘Niemand heeft iets aan als je altijd maar ‘ja’ zegt, maar vervolgens niet levert. Ogenschijnlijk gaat het altijd goed met mij. Dat was tijdens mijn vierde jaar even anders. Mijn oma overleed. Ik volgde mijn opleiding, liep stage, had een bijbaan en werkte in mijn eigen bedrijf. Dat was te veel. In overleg besloot ik om iets later af te studeren, zodat ik ook ruimte had voor mijn bedrijf: AssistentStudent, dat ik met een jaargenoot oprichtte tijdens de minor Ondernemerschap.’

Leren van elkaar

Op dit moment werkt Youp als docent LO op 2 basisscholen: De Verbeelding in Haarlem en De Blauwe Morgenster in de Middenbeemster. ‘Ik geef les aan groep 1 tot en met 7. ’s Morgens zet ik in alle vroegte de materialen klaar. Ik laat mijn leerlingen graag kiezen én op hun eigen niveau oefenen. Bij de kleuters is de ‘bobbelbaan’ populair. Het is een parcours dat je van diverse kanten kunt benaderen. Het stimuleert verschillende beweegvormen, zoals balans, springen, rollen of hinkelen. De kinderen zijn continu in beweging, waar ze voorheen vaak moesten wachten bij een pion op hun voorganger. Natuurlijk moeten ze nog steeds opletten dat ze niet bovenop elkaar springen’, lacht hij.

Bij de hogere klassen is de vrije keuze-les favoriet. ‘Ik zet 3 tot 5 onderdelen uit. Het is de bedoeling dat de kinderen alle onderdelen uitvoeren, maar ze mogen zelf kiezen wanneer en hoe vaak. Zo leren ze inschatten op welk onderdeel ze meer oefening nodig hebben. In de hogere klassen leer ik mijn leerlingen zichzelf te beoordelen aan de hand van niveaukaarten. Op een iPad bekijken ze beelden van zichzelf en hun klasgenoten in slow-motion. Wat doe ik goed? Wat kan beter? Zo leren ze van zichzelf en van elkaar.’

AssistentStudent

Naast zijn werk als docent LO heeft Youp zijn eigen bedrijf. ‘Opgezet met een jaargenoot. We zagen beiden een aantal ‘problemen’ in het basisonderwijs. Zo is het bijvoorbeeld ingewikkeld om personeel te vinden. Daarnaast bewegen lang niet alle schoolgaande kinderen voldoende. Met AssistentStudent ondersteunen wij scholen in de dingen waar zij tegenaan lopen. Wil een school haar leerlingen stimuleren meer te bewegen? Of willen zij hun pauze- en speelmomenten dynamischer inrichten? Hebben zij iemand nodig die kan ondersteunen bij taalonderwijs? Wij vinden een student met de juiste achtergrond en ervaring om hen te helpen. Altijd in overleg met de school.

Door een student op een school te plaatsen, hoeft een school niet zelf op zoek naar extra personeel. Het biedt leerkrachten direct de benodigde paar extra handen en ogen. Ook voor leerlingen is de extra aandacht fijn. Omdat studenten vaak jonger zijn dan de leerkracht, zijn zij laagdrempelig benaderbaar voor leerlingen. De student doet op zijn of haar beurt een berg praktijkervaring op.’

Terug naar de ALO

Hoe Youp de rest van zijn carrière voor zich ziet? ‘Graag wil ik ons bedrijf uitbouwen. Daarnaast wil ik als docent LO blijven werken. Om binding te houden met de praktijk. Én omdat het gewoon ontzettend leuk is. Ik vind onderwijs één van de mooiste vakgebieden die er is.’ Naar de ALO zou hij wel eens een weekje terug willen. ‘Ik heb me er altijd enorm thuis gevoeld. Ik hoop dat ze die gezellige, huiselijke sfeer vasthouden.’